Omdat de maternale kinkhoestvaccinatie de baby in de eerste maanden beschermt tegen kinkhoest, is beslist dat de baby later zal worden gevaccineerd en één inenting minder zal krijgen. De eerste inenting gebeurt op de leeftijd van 3 maanden (of 13 weken in plaats van 6-9 weken), de tweede inenting op de leeftijd van 5 maanden. Een 3-5-11 maandenschema met een latere start en grotere intervallen tussen de vaccinaties biedt volgens het RIVM een minstens zo goede afweeropbouw als een 2-3-5-11 maandenschema. Bij kinderen waarvan de moeder niet gevaccineerd werd tijdens de zwangerschap blijft het 2-3-5-11 maandenschema van toepassing.
In ons land wordt het eerste (hexavalent) vaccin tegen pertussis (Hexyon) toegediend op de leeftijd van 8 weken, en vervolgens op 12 weken, 16 weken en 15 maanden, ongeacht of de zwangere vrouw al dan niet gevaccineerd werd.

Bron: RIVM. Richtlijn Uitvoering RVP 2020