FR | NL
Home | Over Vax Info | Links | Contacteer ons

Mazelenprint

Mazelen in Brussel (voorjaar 2004)

gepubliceerd op donderdag 1 september 2005

Mazelen veroorzaakt jaarlijks wereldwijd een miljoen doden en is nog altijd een van de voornaamste ziektes die door vaccinatie kunnen worden voorkomen. Het Europees Regionaal Bureau van de Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) wil mazelen tegen 2010 uit de regio elimineren [1]. Eliminatie van mazelen wil zeggen dat er geen langdurige transmissie meer is van het virus en dat een (eventueel geïmporteerd) geval van mazelen geen aanleiding geeft tot verspreiding van de aandoening. Daarvoor is vaccinatie van minstens 95% van de doelgroep met 2 dosissenvan het mazelenvaccin vereist.

Systematische vaccinatie tegen mazelen startte in België in 1985 met het combinatievaccin tegen mazelen, bof en rubella (MBR-vaccin), toegediend op de leeftijd van 15 maanden. Vanaf 1994 werd de systematische toediening van een tweede dosis van het MBR-vaccin op 10- tot 12-jarige leeftijd aanbevolen. Globaal daalde de incidentie van mazelen van 998 per 100.000 inwoners in 1982 tot 16 per 100.000 in 1998 [2].
Met een vaccinatiegraad voor één dosis van het mazelenvaccin onder de 90%, zowel in Vlaanderen (83,4% in 1999), in Wallonië (82,5% in 2003) als in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (74,5% in 2000), bevindt België zich in het eerste stadium van het eliminatieproces [1]. Door een accumulatie van niet beschermde groepen zullen epidemieën van mazelen blijven voorkomen met intervallen kleiner dan 5 jaar.

Methode

Mazelen is geen verplicht te melden aandoening in België, behalve in het kader van de meldingsplicht die geldt voor infectieziekten op scholen aan de gezondheidsinspecteurs van de gemeenschappen.
In het kader van de eliminatie van mazelen werd door de Belgische Mazelen Eliminatiecommissie in samenwerking met het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid (WIV) in oktober 2002 een surveillancesysteem opgezet van een aantal infectieuze aandoeningen, waaronder mazelen. De surveillance gebeurt door kinderartsen in België en huisartsen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
In mei 2004 meldde een school in Elsene een aantal gevallen van mazelen aan de gezondheidsinspecteur van de Franse Gemeenschap. In samenwerking met het WIV werd de behandelende arts van elke zieke gecontacteerd voor het verzamelen van epidemiologische gegevens.

Resultaten

Het virus werd vermoedelijk geïmporteerd vanuit Marokko en circuleerde vervolgens in verschillende scholen en in een club voor muurbeklimming in het Brusselse (Figuur 1).

Verspreiding van de infectie tussen verschillende klassen in een school en tussen verschillende scholen gebeurde hoofdzakelijk via broers of zussen. Alleen de epidemiologische link tussen beide scholen in Watermaal-Bosvoorde (W-B) werd niet volledig opgehelderd.
In totaal werden 28 gevallen van mazelen geïdentificeerd, 24 bij kinderen en 4 bij volwassenen (leerkrachten). De leeftijd varieerde van 2 tot 31 jaar, 78,6% was tussen 12 en 18 jaar oud. Vier gevallen (14,3%) waren gevaccineerd tegen mazelen, waarvan 1 leerkracht met 2 dosissen MBR. Dit is uiteindelijk zeer weinig als men bedenkt hoeveel kinderen gevvaccineerd zijn tegen de mazelen (cf. Vax Info nr 24, p 8). Er werden 14 gevallen gemeld door scholen aan de gezondheidsinspecteurs van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Franstalige Gemeenschap, 7 gevallen door het surveillancesysteem, en 3 door beide. Onderzoek van contacten van gemelde gevallen liet toe 4 bijkomende gevallen te identificeren. Verder onderzoek werd echter bemoeilijkt door de vakantieperiode, zodat men van 3 scholen in Oudergem niet weet of er bijkomende kinderen ziek werden in juli.
Zoals blijkt uit figuur 2 verliep de epidemie over een periode van 10 weken, met uitbreiding naar steeds meer scholen. Het einde van het schooljaar stopte spontaan de verdere verspreiding van het virus.
De diagnose van mazelen werd voornamelijk klinisch gesteld, 6 gevallen (21,4%) werden bevestigd door een laboratorium. Het virus kon niet worden geïsoleerd voor genotypering.

Conclusie

Clusters van mazelen komen in België nog voor, zoals verwacht kan worden met een vaccinatiegraad lager dan 90%. Melding van gevallen van mazelen in scholen aan de gezondheidsinspecteurs van de gemeenschappen verloopt nog niet optimaal, slechts 17 (60,7%) van de 28 gekende gevallen werden gemeld. Men kan ervan uitgaan dat vele andere gevallen niet gemeld werden, en de epidemie dus omvangrijker was.
Om epidemieën van mazelen te voorkomen moet de vaccinatiegraad met het MBR-vaccin, zowel voor de eerste als de tweede dosis verhoogd worden. Het hoge aantal gevallen in de leeftijdsgroep van 12 tot 18 jaar pleit ook voor een inhaalvaccinatie van deze leeftijdscohorte.

T. Lernout

Met dank aan Dr. V. Gilbert en Dr. I. Jacques, gezondheidsinpecteurs van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Franse Gemeenschap.

[1World Health Organization. Strategic plan for measles and congenital rubella infection in the European Region of WHO. World Health Organization, 2003.

[2Van Casteren V. Epidemiologie van mazelen en bof, anno 1998. Resultaten van de huisarstenpeilpraktijken. In : Gezondheidsindicatoren 1998. Eds. Aelvoet W, Fortuin M, Hooft P, Vanoverloop J. Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, 1999:116-9.


Abonneer u op de nieuwsbrief