Het vaccineren van zwangere vrouwen is een steeds meer gebruikte strategie om een zwangere vrouw, haar ongeboren kind en/of haar baby te beschermen tegen infectieziekten die met een vaccin voorkomen kunnen worden. Vaccinatie tijdens de zwangerschap is veilig voor alle vaccins. Levend afgezwakte vaccins zijn gecontra-indiceerd wegens het theoretische risico van overdracht naar de foetus.

Volgende vaccins worden aangeraden tijdens de zwangerschap.
• Indien een vrouw niet/nooit is ingeënt met een vaccin tegen tetanus, dienen tijdens de zwangerschap 2 dosissen van het tetanusvaccin toegediend te worden, waarvan er één een component tegen kinkhoest bevat. Een derde dosis dient toegediend te worden tijdens het post partum.
• Alle zwangere vrouwen zouden tijdens het griepseizoen gevaccineerd moeten worden tegen de seizoensgriep, ongeacht het stadium van de zwangerschap op het moment van de vaccinatie.
• Alle zwangere vrouwen zouden gevaccineerd moeten worden tegen kinkhoest, bij voorkeur tussen week 24 en 32 van de zwangerschap, en bij elke nieuwe zwangerschap.
• Andere vaccins kunnen gebruikt worden indien ze om persoonlijke of epidemiologische redenen als nuttig beschouwd worden. Dat geldt onder meer voor de vaccins tegen polio, gele koorts, rabiës, hepatitis A en B.

De HGR organiseert op woensdag 18 november een online studienamiddag rond dit thema. Meer informatie en inschrijvingsmogelijkheden vindt u hier.

Bron: Hoge Gezondheidsraad. Immunisatie tijdens de zwangerschap: Belgische richtlijnen. Brussel: HGR; 2020. Advies nr. 8754. ].